Donderdag 7 juli 2016: Salvagny – Refuge de Moede Anterne (15 km)
Na een paar iets rustigere dagen volgt op deze dag een pittige etappe (zo’n 1500 meter stijgen en 350 meter dalen). Het was een zeer zonnige en warme dag en ruim 30 graden in het dal. We zijn om half zeven opgestaan! We hebben in onze kamer gezond ontbeten met de spullen die we de vorige dag in de supermarkt van Sixt Fer a Cheval gekocht hadden, lekker brood, kaas, yoghurt, nectarine en natuurlijk een bak koffie om goed wakker te worden.
We zijn om 8:00 uur vertrokken. Voor de etappe stond zes uur en twintig minuten. Wij hebben er negen uur en dertig minuten overgedaan. De eerste deel tot de collet d’Anterne ging bijna volgens schema. Voor het resterende gedeelte hebben we ruim de tijd genomen om ook te genieten van de indrukwekkende omgeving. Het was een schitterende etappe, de mooiste tot nog toe. In het eerste gedeelte gingen we 1000 meter omhoog. Eerst liepen we voornamelijk door bos en nog enkele weilandjes. We passeerden enkele mooie watervallen. In een van de watervallen zagen we een felgekleurde regenboog. Het tweede deel van de klim werd opener, lagere struiken en stukken alpenweiden met een bloemen pracht.
Boven op de collet d’Anterne hadden we trek en hebben we een alpenweide met wijds uitzicht een deel van onze lunch gegeten. We kregen hier de eerste keer zicht op iets van de Mont Blanc keten, die helemaal wolkeloos was. Daarna moesten we eerst ruim 50 meter naar beneden om daarna via een langzaam stijgend pad bij de Refuge Alfred Wills aan te komen. Daar hebben we op een behoorlijk druk terras een grote bak koffie gedronken en naast de Refuge de waterbidons bijgevuld.
Na onze rustpauze bij de Refuge volgde een stevige klim. Toen we in de buurt van de top kwamen lag er steeds meer sneeuw. Vanwege de hitte wisten de schaapjes het wel. Ze stonden bijna allemaal op de sneeuw om verkoeling te zoeken. Wij moesten enkele sneeuwvelden oversteken. We volgde hierin de voetsporen van anderen. Wel zorgden we ervoor dat we met elke stap op een sneeuwhelling onze voeten stevig konden neer zetten door regelmatig met kracht een vlak stukje sneeuw bewerkstelligde, waar onze voeten dan op konden staan. Op de top moesten we had weer even zoeken. Daarna daalde we iets af naar Lac d’Anterne. We hebben daar gezeten en de restant van onze lunch gegeten. Het was hier heel mooi. Er waren nog veel sneeuwvelden en het meer was nog grotendeels bedekt met sneeuw en ijs.
Na onze rustpauze liepen we langs het meer op en aan het einde van het meer kwamen we in grote sneeuwvelden terecht. Dat hield wel wat op. De klim van het meer tot de Col d’Anterne was voornamelijk door sneeuw. Dat was niet gevaarlijk en ging goed. Met name in het laatste deel moesten we een lang stuk achtereen door de sneeuw lopen. Het was net of we op wintersport waren terwijl we in korte broek en t-shirt liepen en het helemaal niet koud hadden. Op de top van de col zagen we de Mont Blanc geheel vrij van wolken in zijn volle glorie. Dat was heel indrukwekkend. Nadat we de top gepasseerd hadden volgde er nog een afdaling naar de Refuge. Er was nog plaats genoeg, dus daarom hoefden we niet bij de refuge te kamperen.
Met het avond eten zaten we gezamenlijk met een Zweeds gezin aan tafel. Dat was heel gezellig. We hebben daar ook nog een Nederlands echtpaar ontmoet die ook een stuk van de GR5 liepen. De vrouw deed de hele GR5, terwijl haar man zo af en toe meeliep om de krenten uit de pap te halen. We waren ze al eerder tegenkomen in de etappe van Samoens naar Salvagny. Na het eten hebben we nog even buiten gezeten om te genieten van het prachtige uitzicht op de Mont Blanc. Daarna zijn we gaan slapen en lagen we iets voor tien uur op bed.
Naast het Nederlandse stel waren er nog een groep Japanners op onze kamer. Gijs werd s’nachts wakker van het gesnurk en heeft toen de oordopjes in gedaan, zodat hij er minder last van had.